Oerreligie van Taratai

Geopoeia
Jump to navigation Jump to search

Voor het verklaren van een gemeenschappelijke jaartelling in the Taratai-project is besloten een oerreligie te gebruiken waaruit de jaartelling kan worden afgeleid. De basis van deze oerreligie betreft de twee zonnen van Durdaste en deze religie omvat een aantal basale principes van waaruit verschillende bestaande religies in het project op een of andere manier afgeleid zijn. Het doel van de opzet van de oerreligie is dan ook dat deze breed interpreteerbaar is en dat er voldoende elementen in zitten die de huidige religies gebruiken. Religies vervormen natuurlijk door sociale en individuele (profeten) invloeden, dus exact hoeft het niet te zijn. Hoe ruimer hoe beter.

Deze pagina zet een aantal basisprincipes voor de oerreligie uiteen en eindigt met een kort overzicht van huidige religies die hiervan zijn afgeleid (met eventueel verwijzingen naar meer gedetailleerde pagina's). Het doel is dat zoveel mogelijk religies in het project een plek in de lijst vinden. In feite is het wel zo dat weer eerst kijken naar de bestaande religies en de oerreligie zo proberen te formuleren dat deze op zoveel mogelijk religies toepasbaar is.

De oorsprong

De twee zonnen van Durdaste vormen de basis van de oerreligie en via voorgenoemde de basis van vele in Taratai aanwezige religies. In een ver verleden is er een grote beschaving geweest die de gebieden rondom de zee van Taratai bevolkte. Dit volk vereerde de twee zonnen, een verering die zich door de handel over de zee van Taratai razendsnel over het hele gebied kon verspreiden. Uit deze verering is later de oerreligie ontstaan welke de oorsprong vormt van vele in Taratai aanwezige religies, sekten en broederschappen.

De oerreligie zelf was in principe vrij eenvoudig van aard. Men aanbad de beide zonnen als gelijke entiteiten. De zonnen werden bezien als de brengers van het licht en daardoor van het leven. De omwentelingen van de zonnen werden bezien als een teken van onderlinge afhankelijkheid tussen beide; de ene zou nooit zonder de andere kunnen bestaan en vice versa.

Met deze basisinterpretaties vormden paren en saamhorigheid binnen de groep belangrijke uitgangspunten binnen de oerreligie. Daarnaast was afhankelijkheid een belangrijk gegeven; aangezien de zonnen licht naar de wereld bracht werd aanbidding noodzakelijk geacht om de continuïteit van de omwentelingen te bewerkstelligen; zonder licht zou er immers geen leven mogelijk zijn. Al tijdens de oerperiode vormden zich stromingen binnen de oerreligie aangaande deze vroege interpretaties, hierover hieronder meer.

Aanhangers van deze oerreligie bouwden tempels om de goden te vereren. De oorspronkelijke heiligdommen hadden een ingang met twee zuilen, welke de goden representeerden, een voorbeeld van een tempel is te zien in de volgende schets: [1]. Later volgden varianten op deze tempel afhankelijk van de stroming en interpretatie. Wat de heiligdommen gemeen hebben is dat ze een zeldzame astronomische constellatie bevatten die voor elke astronoom terug te rekenen is naar een bepaald jaartal, hetgeen de basis van de huidige in Taratai gebruikte jaartelling vormt. Waar dit jaartal naar verwijst is onderwerp van discussie; de schepping van de tijd, van het menselijk bestaan of het ontstaan van de zonnen zelf zijn hypotheses. Er zit een groot gat tussen dit jaartal en wat er bekend is van de huidige geschiedenis. Dat de beschaving die de heiligdommen heeft gebouwd ten onder is gegaan, is zeker, er is echter geen duidelijkheid over het hoe en waarom van dit verval. Na de val van deze beschaving brak er een lange duistere periode aan voordat er nieuwe civilisaties opstonden. Tijdens deze lange periode namen handel en contacten over lange afstanden af, wat de uitwisseling van ideeën voor langere tijd beperkte. Dit is een van de primaire redenen waardoor een breed spectrum aan interpretaties van de oude religie rondom de zee van Taratai kon ontstaan.

Varianten van de monumenten

Noot: De oerreligie wordt niet gedefinieerd. Stromingen en tempels van de oerreligie zijn niet relevant want niemand in de huidige tijd is ermee bekend en we weten in de huidige tijd niet of er een religie is die daadwerkelijk overeen komt met de oerreligie. We kijken alleen naar de stromingen die zijn ontstaan als gevolg van de interpretaties. Specificaties over tempels en stromingen moeten onder de sectie Huidige varianten komen te staan. Alle secties die daarvoor komen benoemen alleen algemene concepten.

Binnen de oerreligie ontstonden er naar verloop van tijd verschillende interpretaties van wat de twee zonnen precies voorstelden.



-Een interpretatie van de twee zonnen als twee absoluut gelijken, van gelijke substantie.


Tempels met twee pilaren bij de ingang

Paren vormen een centraal thema in de religie en gelijkheid tussen dezelfden staat hierin voorop. De zuilen representeren de twee zonnen. Dit simpele uitgangspunt is gebruikt voor verschillende filosofieën:

  1. De zuilen representeren de leiderschap van de man waarbij deze gedeeld is tussen twee leiders.
  2. De zuilen worden gezien as een symbool voor broederliefde. De rol van de vrouw is hier afwezig en dit heeft geleid tot verschillende interpretaties.

De ceremonies konden uitgevoerd worden door een of twee priesters. In het eerste geval stond de priester centraal tussen de twee zuilen, in het tweede geval stonden de twee priesters bij de twee zuilen.

twee zuilen en een poort

In deze variant bevindt zich een poort tussen de twee zuilen met de opening van de poort dwars op de zuilen zodat de twee zuilen de poort als het waren beschermen of afdekken. De interpretatie hiervan is divers en heeft geleid tot tegengestelde filosofieën:

  1. De meest gangbare interpretatie is dat de poort het hemelgewelf symboliseert waarin de twee zonnen passeren. Er is een hogere macht, of een soort van herder, die de twee zonnen begeleidt. Hierbinnen zijn ook weer varianten:
    1. De hogere macht representeert de vrouw die boven de man staat. In sommige gevallen heeft de vrouw recht op twee mannelijke echtgenoten
    2. De hogere macht representeert een religieuze leider die boven het paar, in dit geval de man en de vrouw, staat.
  2. Een andere interpretatie is dat het symboliseert dat twee mannen leiden en de vrouw ondergeschikt is.

De ceremonies konden in verschillende varianten uitgevoerd worden met een, twee of drie priesters. In het laatste geval was de derde priester de leider en stond deze in de poort en voerde deze de belangrijkste rituelen uit.

een zuil en een poort

Ook hier vormen paren een centraal thema in de religie en dit is er geen van tegenstellingen of opponenten maar paren die elkaar complementeren en volledig maken. De monumenten van de antieke religie die dit vereerde sloten altijd op elkaar aan. Vaak was dit een poort en een zuil die in elkaar pasten en dat was alleen zichtbaar vanaf twee posities tegenover elkaar. De vorm kon variëren. Ceremonies waren meestal in de open lucht. Aan de zijde van de zuil stond een priester, aan de zijde van de poort een priesteres. In gedeeltes of in harmonie vervulden beiden hun rituelen.

historie

De geschiedenis van deze groep religies wordt normaal gezien in drie subgroepen opgesplitst.

religies met mannelijke broederschappen

In deze eerste subvorm gaat men uit van de interpretatie van de twee zonnen als een symbool voor samenwerking, groepsgevoel, saamhorigheid en solidariteit.

Dit heeft geleid tot een sterke krijgscultuur met militaire orden geschoold op religieuze leest.

religies met vrouwelijke ondergeschiktheid

In deze religieuze subvorm is het beginpunt dat de twee zonnen geïnterpreteerd worden als personen van het zelfde geslacht - in dit geval mannen. Volgens de leer zijn de zonnen consubstantieel, wat men vertaalt naar van hetzelfde geslacht. Wellicht zijn de zonnen in hun precieze voorkomen niet precies gelijk; een van de zonnen is immers groter, terwijl de ander weer kleiner is of feller van kleur; net als dit bij personen van hetzelfde geslacht het geval is: de ene man is langer, de andere heeft een andere haarkleur, terwijl een derde weer wat gezetter is. Binnen de substantie is dus variatie mogelijk, zonder dat dit de essentie van de substantie aantast.

Deze religies hebben een versterkte focus op het tweevoud. Binnen deze religies zijn samenlevingsvormen tussen personen van hetzelfde geslacht zeer normaal en zijn bredere familievormen de standaard (bijv 2 mannen met harem, 2 mannen met 2 vrouwen etc)

Macht in leiderschapsfuncties als het keizer of koningschap of priesterschap worden in de regel gedeeld door tweetallen. In de praktijk neigt dit systeem sterk naar diarchiën en/of tetrarchiën (2 religieuze leiders + 2 keizers/koningen). Religieuze leiders bekleden functies altijd voor periodes van een even aantal jaren, hierbij zijn periodes van twee jaar vrijwel altijd het uitgangspunt, waarna verlenging kan optreden.

Door de focus op het tweevoud hebben deze religies een sterk cultureel bijgeloof ontwikkeld waar men gelooft dat het gebruik van tweevouden of even getallen geluk brengt, voorbeelden zijn: een huis met 2 deuren, een kamer met standaard 2 ramen, een facade twee gelijke delen, neemt men 2 huisdieren in plaats van 1 etcetera.

religies met gelijkheid

Het uitgangspunt in deze religies is dat de man en vrouw de twee zonnen representeren. De functies van koning en hogepriester kunnen door beiden geslachten bekleed worden. In sommige varianten moet de hogepriester om en om man of vrouw zijn. Deze positie wordt, indien beperkt, gewoonlijk voor een periode van 1, 2 of 3 jaar bekleed.

het noordoosten

In het noordoosten van Taratai ontwikkelde zich onder de nomaden een variant die een oplossing zocht voor gedeeld leiderschap. De man was de krijger, de vrouw de beheerder van de haard. De twee zonnen mochten dan wel samen heersen gedurende de dag, maar beiden kregen rust tijdens de nacht. Ook de man en de vrouw hadden rust nodig. Er moest een herder zijn die zijn kuddes tot de orde bracht. Dit was het stamhoofd, die dus niet alleen rechter was maar ook de functie van religieus leider kreeg.

Na verloop van tijd verenigden de stammen zich onder priesterkoningen. De religie begon zich te organiseren. De heilige plaatsen waar ceremonieën werden gehouden moesten beschermd worden. Er werden tempels gebouwd en steden ontwikkelden ze op deze plaatsen om de tempels te kunnen beschermen. De priesterkoningen kregen teveel taken op zich en sommigen benoemden plaatsvervangers om de reguliere zaken te behartigen. Zo ontstond er in feite weer een scheiding van de machten, maar de koning bleef de positie van herder behouden. Hij bleef de hoogste rechter en de hogepriester werd door hem benoemd. Een aantal religieuze ceremonieën hadden de koning als middelpunt en hij voerde de belangrijkste rituelen uit. In sommige naties zorgden periodes van zwakke koningen ervoor dat de hogepriester onafhankelijk werd en de controle over de religie verwierf.

vormen

De antieke religie heeft zich ontwikkeld in een aantal vormen:

  1. Een authentieke vorm waarin er geen centrale leiding is en een priester en priesteres gezamenlijk de rituele uitvoeren.
  2. Een authentieke vorm waarin er geen centrale leiding is en twee priesters gezamenlijk de rituele uitvoeren.
  3. Een authentieke vorm waarin er wel een centrale leiding is die bestaat uit een hogepriester en hogepriesters. Deze bekleden de positie om en om voor 2 jaar zodat elk een jaar junior en senior is in rang. De overige tempels worden geleid door een priester en een priesteres.
  4. Een authentieke vorm waarin er wel een centrale leiding is die bestaat uit twee hogepriesters. Deze bekleden de positie om en om voor 2 jaar zodat elk een jaar junior en senior is in rang. De overige tempels worden geleid door twee priesters.
  5. Een priesterkoning die de functies van koning en leider van de religie combineert. Tempels worden geleid door een combinatie van priester en priesteres. De priesterkoning kan eventueel ook gekozen worden, eventueel voor een beperkte periode.
  6. De koning heeft de hoogste macht maar heeft een groot deel van zijn taken zijn overgedragen aan een ondergeschikte hogepriester.
  7. Een scheiding van de machten waarin een hogepriester heeft onafhankelijk de leiding over de religie en de koning de staat bestuurt.
  8. De religie is zelfstandig en staat los van de staat. De hogepriester heeft de leiding over gelovigen in meerdere naties. In sommige naties kan de religie wel nauw verbonden zijn met de staat.

Huidige varianten

de Monomanen

achtergrond

De historische ontwikkeling van de religie van de Monomanen volgt in grote lijnen deze van het noordoosten. Voor de Monomanen personaliseren de twee zonnen het echtpaar; de man en de vrouw die vrijwel een gelijke status bezitten, al vertegenwoordigt de grootste zon de man en zodoende heeft deze het eerste recht. Hij is echter ook fel en heetgebakerd, waar zij kalm en koel is.

De Monomaanse stammen werden eerst geleid door een priesterkoning, deze werd de Kinokrat genoemd. De priesterkoningen waren echter meestal afwezig van de stam voor een oorlogscampagne of anderzijds. Hierdoor kon hij niet voldoen aan de behoefte van de stam om alle ceremonieën uit te voeren zodat hij tenslotte een ondergeschikte benoemde die de reguliere taken uit kon voeren. Alleen voor de belangrijkste rituelen was hij vereist. Naar verloop van tijd werd hij geen priesterkoning meer genoemd nu er een priester was die aan de dagelijkse behoefte voldeed. Van religieuze heerser werd hij heerser van de religie.

het triumviraat

Onder de Monomanen bezit de Monarch de positie van herder van het volk en hoogste rechter. Onder hem staan de vertegenwoordigers van de krijgers, de Monschal, en die van de haard, de Monsenore. Om de balans van drie vervullende deze vertegenwoordigers voor een periode van 3 jaar hun functie. In het lege jaar vervult de Monarch een ceremonie waarin hij van kroon wisselt. Hij treedt zogenaamd af en direct weer aan.

De reguliere religieuze taken worden uitgevoerd door de Monolite die door de Monarch wordt benoemd. Hij wordt elke 3 jaar vervangen en dan wel in het lege jaar waarin de Monarch vervangen zou moeten worden. Thans is de benoeming van de Monarch vooral een ritueel. De Monarch voert simpelweg de bevestiging uit van de benoeming van de Monolite.

Heel lang hebben de Monomanen zich niet strict aan de wisseling van deze positie gehouden. Zij veranderden het in een verkiezing zodat de persoon die de positie bekleedde direct herkozen kon worden. In feite kreeg het dus dezelfde vorm als de wisseling van de Monarch. Wel zijn de ceremonieën gebleven waarin de periode van 3 jaar wordt afgesloten en de nieuwe periode wordt aangevangen. De Monarch en de Monolite voeren hun ceremonie gezamenlijk uit. De Monolite herbevestigt de status van de Monarch door hem als zijn eigen opvolger te verklaren en de Monolite wordt vervolgens door de Monarch oftewel vervangen of als zijn eigen opvolger verklaard.